Amsterdamse gevelstenen

Gevelsteen met kasteelachtige waterpoort en jaartalsteen 1660

Foeliedwarsstraat 44-50

Voordat in 1910 de vierenhalf jaar oude Abram Allegro de eerste steen legde van het huidige dubbelpand Foeliedwarsstraat 44- 50 (zie de eerste steen-vermelding lager in de gevel), maakten deze panden deel uit van een complex van twee huizen aan de straat en twee daarachter gelegen huisjes. Deze huisjes waren bereikbaar door de Nooteboomengang, die onder de huisnummers 44-50 doorliep, en hadden de nummers 46 en 48.

In 1875 noteerde Jhr. Suasso in zijn Gevelstenenschetsboek bij Foeliedwarsstraat 44: ‘Bas-relief boven een poortje. Een kasteel met een valbrug, erboven het jaartal 1660. Men zegt dat de stichter van het gebouw Pontstein genaamd was en hier dus een sprekend bas-reliëf vertoont’ (pag. 50).

De eerste keer dat we de naam Pontsteen tegenkomen in verband met dit gevelteken is in het Verpondingsregister d.d. 1650-1652: een zekere Dirck Lourens van Pontsteen heeft hier twee huizen die verbouwd worden. De aanslag per huis gaat omhoog van . 5.5.- en . 6.5.- naar . 21.5.- In het Verpondingsregister van 1659-1661 worden deze verhoogde bedragen vermeld, ingaande 1 oktober 1661. Aangezien Dirck Lourens op 16 december 1652 in de Oude Kerk was begraven, zou men verwachten dat zijn zoon Adriaen Dircksz als ‘bouwheer’ genoemd wordt, maar het is zijn vrouw Annetje le Mercier die hier als ‘bouwdame’ wordt aangeduid. Mede gezien de jaartalsteen 1660 valt aan te nemen dat de gevelsteen met de kasteelachtige waterpoort toen is aangebracht.
In latere koop/verkoopactes luidt de omschrijving consequent: “huis en erf in de Foeliedwarsstraat waar ‘het Huys Te Pontsteen’ in de gevel staat”.

Hoe de panden 44-50 in de Foeliedwarsstraat, met de ‘poort’ waarboven de gevelsteen zich bevond, er oorspronkelijk uitzagen is niet bekend; oude afbeeldingen zijn er niet. De huidige panden dateren uit 1910 en we mogen ons gelukkig prijzen dat de gevelsteen met ‘het Huis te Pontsteen’ en de jaartalsteen toen in de nieuwbouw herplaatst werden. De nieuwbouw bestond uit een dubbelpand met bovenwoningen en op de begane grond berg- en werkplaatsen.

In verband met de aanleg van de IJ-tunnel en de toegangsweg daarheen werd in de jaren ’60 van de vorige eeuw ongeveer de helft van de toch al sterk verpauperde Foeliedwarsstraat afgebroken. Daarom begint de huisnummering aan deze zijde, waar ooit het krakerscafé ‘The Closet’ was, met nummer 40. Aanvankelijk waren er plannen van woningcorporatie De Key om de woningen af te breken en daar nieuwbouw te plaatsen (Het Parool d.d. 20 december 2012), maar uiteindelijk kocht Stadsherstel de panden en maakte een restauratieplan (Het Parool d.d. 2 juli 2014).

In begin oktober 2018 kon Wil Abels de gevelsteen met het kasteelachtige poortgebouw van oude veragen ontdoen en aan de hand van aangetroffen kleursporen het reliëf in kleur zetten. Het resultaat mag er zijn. Ook het steentje met de vermelding van de eerste steenlegging heeft een schoonmaakbeurt gehad. Over de vraag of er nog een steentje met de tekst ‘Het Huijs Te Pontsteen’ komt, is nog overleg gaande.

Onno Boers
Foto's: Anthony Kolder

(Uit: Binnenstad 290, nov./dec. 2018)

Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.

Reacties

Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.

Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.