Zes drempels bij elke brug

De sector Openbare Ruimte van de Dienst Binnenstad heeft een “herbestratingsprofiel” voor de grachten voorgesteld. Het nieuwe profiel van de grachten bestaat uit een verhoogd voetpad, vervolgens een rijweggedeelte en een parkeerstrook. Het trottoir wordt zonder amsterdammetjes afgewerkt met een hardstenen band, terwijl de kades worden belegd met hardstenen dekzerken. Voor de drie weggedeelten wordt in plaats van het huidige betonsteen klinkers toegepast.

Dit is goed nieuws. Het gaat immers in het beschermd stadsgezicht om het gehele beeld van de grachten en de stedebouwkundige harmonie tussen de huizen, de kades en het water. In dat beeld is de inrichting van de openbare ruimte en ook het gebruikte materiaal van doorslaggevend belang. Het Bureau Monumentenzorg heeft hierop gereageerd door voor te stellen de kleurnuance en het schaalelement van vroeger terug te brengen. Van oudsher bestonden de voetpaden langs de huizen en langs het water uit klinkertjes en de rijweg uit keitjes.

Er is echter ook slecht nieuws. In verband met de maximum snelheid van 30 km/uur in de binnenstad zullen overal op de grachten drempels komen. Bij de bruggen wil men zelfs verhoogde kruispunten maken. Het idee is eigenlijk om van de brug één grote drempel te maken. Dit betekent dat bij elke brug zes drempels worden gelegd met bijbehorende waarschuwingsborden. Nu al staan er bij elke brug zes éénrichtingsverkeer-borden, terwijl de oude lantaarnpalen volhangen met wielklem- bordjes. Nog ernstiger is dat op de brug zelf het wegdek moet worden verhoogd, waardoor het aangezicht van de bruggen volledig wordt aangetast. En dat terwijl de schoonheid van het Venetië van het Noorden voor een groot deel juist wordt bepaald door de fraaie vorm van de bruggen. Kijk maar eens hoe mooi van vorm vooral de boogbruggen zijn en hoe aardig de gebogen lijn zich geleidelijk voortzet in de straat langs de grachtenhuizen. Dat gaat, als het aan de ambtenaren van de Dienst Binnenstad ligt, verdwijnen!
Het voorstel slaat nergens op, want bruggen zijn zonder verdere aanpassing en aantasting uit zichzelf al een verkeersdrempel, waar men snelheid mindert. Bovendien horen verkeersdrempels niet in het beschermde stadsgezicht thuis. Ze tasten het stadsbeeld aan, óók als het om bestrate drempels gaat, niet alleen vanwege de verstoorde zichtlijn, maar ook vanwege de extra verkeersborden die moeten worden geplaatst. Bovendien “leveren (drempels) veel overlast in de vorm van geluid (optrekken, afremmen) en trillingen voor omwonenden op en kunnen ten gevolge van trillingen en schokken door het verkeer een nadelige invloed hebben op de funderingen van grachtenpanden” (uit: Rapportage snelheidsbeperkende maatregelen in de grachtengordel, Dienst Ruimtelijke Ordening, november 1992). De drempels, de borden, etc. zullen het effect van een fraai ingerichte ruimte voor een groot deel teniet doen. Het Ruimte voor Kwaliteit-beleid van Guusje ter Horst betekent juist minder van dit alles.
In Utrecht wordt een voorstel bestudeerd om de gehele binnenstad als één woonerf te beschouwen. In dat geval is een bord bij de ingangen van de binnenstad voldoende. In Amsterdam zou men ook zoiets kunnen overwegen: het gebied van het beschermde stadsgezicht wordt immers omsloten door de Singelgracht: een twintigtal bruggen geven toegang tot de historische binnenstad. Breng daar een groot bord aan, misschien zelfs over de weg heen, waarop alle regels staan over betaald parkeren en 30 km/uur, en alle drempels en borden in de stad kunnen worden weggehaald. Laten de ambtenaren van de Dienst Binnenstad hier eens creatief over nadenken. Of hebben ze soms aandelen in de drempel- en verkeersborden-industrie? Je zou het haast gaan denken.

Walther Schoonenberg

(Uit: Binnenstad 163, april 1997)

Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.

Reacties

Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.

Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.