Amsterdamse gevelstenen

INT BOOMPIE
Admiraal de Ruijterweg 406 - De Boomkerk

Kort na de Alteratie in 1578 stichtte pater Stephanus Canisius in het pand van brouwerij ’t Boompje in de Kalverstraat bij de Munt heimelijk een katholiek schuilkerkje. In 1661 werd de gevel aan de Kalverstraat verbouwd tot een onopvallende, dubbele woonhuisgevel van zes ramen breed onder een simpele gootlijst.

Boven de vensters van de eerste verdieping bevinden zich cartouches met de tekst ‘Ao 1661’, geflankeerd door gebeeldhouwde festoenen. In de loop van de achttiende eeuw werden de onderpuien gemoderniseerd en kreeg het bovenlicht van de linkerdeur, welke toegang gaf tot de eveneens in 1730 gemoderniseerde kerkruimte, een houten boompje in vol blad. Het is de gevel die we nu nog kennen van oude foto’s en van de tekening van L.W.R. Wenckebach (afgebeeld in Amsterdam omstreeks 1900, p. 152). In hetzelfde jaar werd de Rokingevel, of liever gezegd de Rokingevels, opgetrokken alsof het drie aparte woonhuizen waren met elk een eigen topgevel. In de panden links en rechts bevonden zich de toegangen tot de kerkruimte. Boven elke toegang prijkte een gevelsteen met een in vol blad staande boom en het onderschrift ‘INT BOOMPIE’. De ene steen droeg de aanduiding ‘ANNO’ en de andere het jaartal: ‘1730’.

De voormalige schuilkerk Het Boompje in de Kalverstraat op de plaats van het huidige V&D-gebouw. Het houten ‘palm’- of buxusboompje uit het snijraam boven de ingang van de schuilkerk (links op de linker foto) waaraan de kerk haar naam ontleent.

Op een tekening van Gerrit Postma uit circa 1835 (coll. Stadsarchief) zijn beide gevelstenen duidelijk te herkennen. In 1844 worden de drie Rokingevels vervangen door een, in neogotische stijl opgetrokken kerkgevel naar ontwerp van architect P.G. Tetar van Elven. De twee ingangen links en rechts blijven behouden maar beide gevelstenen verdwenen achter de natuurstenen bekleding van de onderpui. Op foto’s van deze gevel is in het midden, onder het grote middenraam wel een gevelsteen(?) zichtbaar, maar de voorstelling is niet te herkennen. Een beschrijving van dit reliëf hebben we tot nu toe nog niet aangetroffen. Suasso noemt het niet hoewel de kerk in zijn Noord-Hollandsche Oudheden (7de stuk, 1905, p. 14) uitvoerig wordt beschreven. De gevel aan de Kalverstraat en het boompje boven de deur worden wel genoemd en uiteraard het fraaie achttiende-eeuwse interieur, maar aan de Rokingevel wordt geen aandacht geschonken.

Tegen het eind van de negentiende eeuw raakte de voormalige schuilkerk in verval en het kerkbezoek liep terug door ontvolking van de oude binnenstad en omdat er in de uitbreidingswijken van de stad nieuwe katholieke kerken werden gebouwd. In 1911 sloot Het Boompje de deuren. Het pand plus enkele eerder aangekochte belendende panden werden voor een goede prijs aan Vroom en Dreesmann verkocht en afgebroken voor nieuwbouw van het warenhuis. Aan de Admiraal de Ruijterweg, toen nog in de Gemeente Sloten, verrees naar plannen van architect P.J. Bekkers een nieuwe kerk. Eveneens als het oude Boompje was deze gewijd aan St. Franciscus van Assisi, maar al vlug stond ook deze nieuwe kerk bekend als de Boomkerk, al werd zij – door de ligging in de nog vrijwel onbebouwde weilanden – ook wel ‘Onze Lieve Heer tussen de koeien’ genoemd. Een groot deel van de achttiende-eeuwse inventaris van het oude Boompje werd overgebracht naar de nieuwe behuizing, o.a. het orgel uit 1774, het hoofdaltaar en twee rijk gedecoreerde zijaltaren. De beide gevelstenen, sinds de verbouwing van 1844 achter de bekleding van de onderpui verstopt, kwamen bij de sloop in 1911/12 weer aan het licht en kregen een plek in de buitenmuur van de nieuwe Boomkerk, aan het pleintje tussen kerk en pastorie – jammer genoeg niet echt aan de openbare weg. De voorgevel van het kerkgebouw zou een betere plek zijn geweest en de herinnering aan de oude schuilkerk levendiger hebben gehouden. In overleg met het kerkbestuur kon de VVAG in 2012 aan Wil Abels de opdracht verstrekken om beide stenen schoon te maken en te polychromeren. Ook het houten boompje uit het bovenlicht aan de Kalverstraat bleef bewaard.

Onno Boers

Literatuur:
Maandblad Amstelodamum, maart 1941, p. 54.
W. Tepe, XXIV Paapsche Vergaderplaetsen, p. 45.

(Uit: Binnenstad 259, juli/augustus 2013)

Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.

Reacties

Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.

Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.