Raamsteeg 6 vóór restauratie |
Raamsteeg 6 na restauratie |
Het kappersechtpaar had nooit enig onderhoud gepleegd waardoor er veel achterstallig werk was. Lekkages waren
nooit verholpen; het doorlekken van regenwater naar de woonverdiepingen werd opgelost door zeil op de
zoldervloer te leggen. En zo was het pand op de lijst van Verwaarloosde panden in de binnenstad terecht
gekomen. (1) De gemeente overwoog aanschrijving, maar zag daar van af uit mededogen met de oude
alleenstaande vrouw, die ziek in bed lag. De VVAB vroeg het stadsdeelbestuur om met een mogelijke
toekomstige beheerder, bijvoorbeeld Stadsherstel, afspraken te maken, zodat deze zolang het pand werd bewoond
alvast onderhoudsactiviteiten kon verrichten. (2) Dat gebeurde niet. Na het overlijden van mevrouw Duty
kwam het pand op de vrije markt. Tot overmaat van ramp werd het ook nog gekraakt. Stadsherstel
probeerde het te verwerven, maar dat lukte niet. Na een bod van Stadsherstel werd het pandje,
letterlijk voor een ton meer onderhands verkocht aan een voorbijganger. Die verkocht het pandje
op zijn beurt met anderhalve ton winst door aan een projectontwikkelaar die overspannen
verwachtingen had van de mogelijkheden van sloop c.q. nieuwbouw op een grondoppervlak van
slechts 30 m2. Daarin werd hij paradoxaal genoeg op zijn wenken bediend door zowel Bureau Monumenten &
Archeologie (BMA) als de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed (RCE) die allebei tot het oordeel kwamen
dat sloop onvermijdelijk was.
De VVAB vroeg opheldering en kreeg te horen dat het pand reddeloos verloren was. De achtergevel was immers
zodanig slecht dat hij niet meer was te handhaven. De balkkoppen waren allemaal ingerot, de kap was door
lekkage onherstelbaar beschadigd, het tussenlid was technisch zo slecht dat het vervangen moest worden en
de zijgevel was vergeven van zwam. De conclusie luidde: 'Soms moet je je verlies nemen'. (3)
De reden van het snel opgeven van het monument heeft wellicht te maken met de nadruk die de tegenwoordige
monumentenzorg legt op de ‘authenticiteit’ van de materiële substantie. Een pand dat zo slecht is dat het
grotendeels, misschien zelfs geheel, moet worden herbouwd, verliest zijn monumentenstatus. Dan rest alleen
nog documentatie.
Interieur 1ste verdieping voorhuis vóór restauratie. |
Interieur 1ste verdieping voorhuis na restauratie. Onder de ramen is de versteviging van de houten puibalk weggewerkt. |
Het stadsdeel deed hier nog een steentje bovenop door te stellen dat behoud van de voorgevel in het smalle straatje onmogelijk was. Er zou, zo werd gesteld, instorting dreigen en het stutten van de gevel in de steeg was niet mogelijk. De VVAB vroeg daarop om de voorgevel, indien gedemonteerd, in de oude vorm te laten terugkeren (4) en de ambtenaren van het stadsdeel waren bereid deze eis aan de projectontwikkelaar op te leggen. (5) Dat bleek voor hem echter een groot struikelblok. Hij kon zijn plan niet rond krijgen, o.a. omdat er niet getornd mocht worden aan de indeling van de pui met een deur in het midden en omdat de nieuwbouweisen ten aanzien van het trappenhuis nauwelijks effectieve woonruimte zou overlaten. Behoud/herstel bleek uiteindelijk toch een betere optie dan sloop/nieuwbouw. De eigenaar verkocht het pand daarop aan Stadsherstel en nam het verlies daarbij op de koop toe.
De voorgevel van het achterhuis vóór restauratie |
Na restauratie |
De kap van het achterhuis vóór restauratie
|
Het eerste dat Stadsherstel ondernam was het spannen van een zeil over het dak om verder verval te voorkomen.
Daarnaast heeft men in het pand zelf een constructie aangebracht om de voorgevel te stabiliseren en in de
Raamsteeg kwam een ingenieuze steiger waar de voetgangers en fietsers onderdoor konden. Ook werden er
warmeluchtblazers ingezet om het vocht uit de muren en houtconstructies te krijgen. Eind 2011 begon de
restauratie die bijna een jaar heeft geduurd. De zwam werd door een gespecialiseerd bedrijf bestreden.
De fundering werd hersteld. De achtergevel van het voorhuis en de voorgevel van het achterhuis moesten
grotendeels opnieuw worden opgetrokken. De meeste balkkoppen in het voor- en achterhuis werden vervangen,
evenals de gevelankers.
Toen het pand in veilige handen was gekomen, bleek dat het pandje ook inwendig buitengewoon interessant was. Dat viel ook wel te verwachten, want wie goed kijkt ziet dat de voorgevel grotendeels zeventiende-eeuws is. Er werden balken met sleutelstukjes aangetroffen en ook een interessante houten kap. Het restauratieplan van architectenbureau Vroom transformeerde de bouwval in een charmant en bruikbaar winkel-woonhuis met voldoende leef- en werkruimte. De grootste ingreep betrof de sloop van het bouwvallige tussenlid, maar een origineel detail als de trap bleef behouden. Het is een charmant huis geworden, waar het goed toeven is – een groot verschil met de uitgewoonde toestand vóór de restauratie. In het voorhuis komt een winkel in biologische producten uit Portugal. De winkelier gaat boven zijn winkel wonen.
Wat kunnen we nu uit dit alles concluderen? Raamsteeg 6 is een authentiek Amsterdams pand dat de sloophamer heeft weten te ontwijken. De les die wij hieruit kunnen trekken, luidt dat hoe slecht een monument ook is, het vrijwel altijd is te herstellen. Je moet de strijd voor het behoud van een monument pas opgeven als het daadwerkelijk wordt gesloopt en niet als er wordt beweerd dat het reddeloos is verloren. Bovendien is herbouw, als het niet anders kan, altijd mogelijk. In dit geval bleken veel authentieke details behouden te kunnen blijven. De voorgevel hoefde helemaal niet gedemonteerd en herbouwd te worden, maar kon overeind blijven. Dankzij Stadsherstel, architectenbureau Vroom en, last but not least, aannemer Schakel & Schrale behoudt het straatje tussen Spuistraat en Singel zijn gave authentieke karakter.
Walther Schoonenberg)
Eerder artikel:
[Stadsherstel koopt bedreigd monument aan de Raamsteeg] (Binnenstad 245, maart 2011)
Voetnoten:
(1) Walther Schoonenberg. 'Verwaarloosde panden in de binnenstad', Binnenstad 235 (augustus 2009).
(2) Het mondelinge verzoek werd later herhaald in een brief over het handhavingsbeleid.
Zie: Brief van Heemschut en VVAB (31 december 2010).
(3) Correspondentie per email tussen BMA en de VVAB in juni 2009.
(4) Zienswijze van de VVAB, 21 juli 2009.
(5) Mondelinge toezegging in een gesprek tussen het stadsdeel en de VVAB.
(Uit: Binnenstad 254/255, nov./dec. 2012)
Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.
Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.
Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.