Vereniging verzoekt stadsdeel illegaal verbouwde woonboot te verwijderen

De VVAB heeft het stadsdeelbestuur in oktober 2010 verzocht tot handhaving over te gaan en de illegale woonboot Prinsengracht t/o 239 (Bas Boot) te doen verwijderen. Het uiterlijk en de omvang van deze woonboot is in strijd met de verleende vervangingsvergunning en het stadsdeel is na een uitspraak van de Raad van State in maart 2010 gerechtigd tot handhaving over te gaan. De boot ligt er echter nog steeds. Het stadsdeel is dus in gebreke gebleven waardoor het stadsgezicht is geschaad.

De oorspronkelijke woonboot, de Uisge Beathe, alhoewel verwaarloosd, zag er tenminste nog uit als een
historisch woonschip
De oorspronkelijke woonboot, de Uisge Beathe, alhoewel verwaarloosd, zag er tenminste nog uit als een historisch woonschip

De vervangende woonboot t/o Prinsentracht 239, in strijd met de verleende vervangingsvergunning
(foto Thomas Schlijper)
De vervangende woonboot t/o Prinsentracht 239, in strijd met de verleende vervangingsvergunning (foto Thomas Schlijper)

De VVAB heeft bij herhaling aandacht gevraagd voor de woonboot in de Prinsengracht t/o 239. Deze woonboot is op flagrante wijze in afwijking van de verleende vergunning vervangen en vormt door zijn lelijkheid een ernstige aantasting van het kerngebied van het Unesco-Werelderfgoed. De boot maximaliseert de woonruimte door de maximaal toegestane maten aan te nemen, en maskeert deze bedoeling op gebrekkige wijze door enigszins op een schip te lijken, in afwijking van de verleende vervangingsvergunning. Met andere woorden: Er is sprake van bouwen zonder vergunning. Niet-handhaving betekent dat een gevaarlijk precedent ontstaat: er dreigt dan een golf van illegale vervangingen. Woonbootbewoners kunnen dan volledig hun gang gaan in de historische grachten van Amsterdam. Een nieuwe wildgroei op het water zal het gevolg zijn. Bovendien komt dan het door ons gewenste beleid dat arken door schepen worden vervangen en niet omgekeerd, in gevaar. We zijn dan nog verder van huis.

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft bij uitspraak van 25 maart 2010 het hoger beroep van de overtreder tegen de hem oplegde last onder dwangsom ongegrond verklaard, zodat deze last onherroepelijk vast staat. Aan de last is door het stadsdeel echter geen uitvoering gegeven, zodat de dwangsom is verbeurd.

De vereniging verzocht het stadsdeelbestuur in oktober 2010 daarom tot handhaving over te gaan, middels het uitoefenen van bestuursdwang en het opleggen van een dwangsom en heeft daarvoor een maximale termijn van één maand gesteld.

(WS)

[Verzoek tot handhaving]

(Uit: Binnenstad 243, december 2010)

Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.

Reacties

Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.

Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.