Zijn er in de Amsterdamse binnenstad nog klassieke elementen terug te vinden?
Absoluut. Er wordt over het algemeen gedacht dat Nederland helemaal niet zo klassiek is,
maar juist in de negentiende eeuwse en ook de vroeg twintigste eeuwse architectuur zijn
allerlei klassieke elementen terug te vinden. Grappig is ook het verband tussen classicisme en
lingerie. Vlak na 1900 was de trend dat wie chic wilde zijn, klassiek moest zijn. Dat zie je dus
terug bij de door de architect Jacot gebouwde grote warenhuizen van de Bonneterie en Hirsch
en ook bij de Bijenkorf van de architect Van Straaten. Alle drie zijn het klassieke gebouwen,
met vroeger prachtige interieurs met veel stucwerk, een kruising tussen klassiek, barok en
rococo. Helaas is er veel uitgesloopt, alleen bij de Bonneterie is die sfeer nog wel op te
snuiven. De architect Berlage, vertegenwoordiger van het rationeel bouwen, probeerde een
eind aan die bouwstijl te maken. Dat lukte hem niet, pas zo rond 1920, na de Eerste
Wereldoorlog, zag je meer en meer andere bouwstijlen verschijnen.
Hoe ben je terecht gekomen bij het Cuypersgenootschap?
Dat was via de stichting Werkgroep 20-40. Deze groep was opgericht om aandacht te vragen
voor de bedreigde woningbouw en andere architectuur en stedenbouw uit de jaren twintig en
dertig, met name in wat nu De Baarsjes heet. Zowel onze werkgroep als het genootschap
spanden zich rond 1997-1998 in om de Zeilstraatbrug op de lijst van rijksmonumenten te
krijgen. Helaas is het niet gelukt. Wel ben ik daarna actief geworden bij het genootschap. Het
Cuypersgenootschap is een landelijke organisatie, met daarbinnen een aparte Amsterdamse
afdeling, die zeer actief is. De naam van het genootschap dekt eigenlijk de lading niet meer.
Al lang houden we ons niet meer alleen maar met Pierre Cuypers (1827-1921) bezig, de
architectuur van de hele negentiende en twintigste eeuw heeft onze belangstelling. Vooral de
architectuur van na 1940 verdient meer aandacht. De bescherming voor het naoorlogse
erfgoed is beperkt en er is ook weinig waardering voor. Hoewel er in Amsterdam een
groeiende groep is die de naoorlogse architectuur wel waardeert. Zo vonden buurtbewoners,
paradoxaal genoeg, dat het Wibauthuis (gebouwd tussen 1966 en 1974) van de architect
Gawronski behouden moest blijven. Ik vond het ook een belangrijk gebouw om te behouden.
Niet omdat het prachtig was, maar het was zeer geschikt voor hergebruik. Een gebouw dat
met geringe ingrepen een heel andere sfeer had kunnen krijgen. Zeker als de plint opengewerkt
zou worden, zoals oorspronkelijk toen het ontworpen werd de bedoeling was. Het verdwijnen
van het hoofdpostkantoor (gebouwd tussen 1960 en 1968) van de architect Elling op het
Oosterdok is ook doodzonde. Dat was een esthetisch verantwoord gebouw. Misschien kan het
gedeelte dat er nog staat gered worden.
Onze afdeling maakt zich ook grote zorgen over de ontwikkelingen op de IJ-oevers. De hoogbouw die daar verrijst sluit de binnenstad af. Toen de plannen aan het grote publiek getoond werden, drong dat bij niemand goed door. Nu schrikken we ons lam, als we zien wat er bij het Westerdokseiland verschijnt en aan de andere kant, aan de oostzijde, van het Centraal Station. De voormalige wethouder voor de Ruimtelijke Ordening, Duco Stadig, heeft makkelijk kunnen scoren omdat de plannen, toen hij ze in de jaren negentig van de vorige eeuw presenteerde, nog zo abstract waren. Niemand realiseerde zich toen goed, wat er besloten werd. Ik ben niet per se tegen hoogbouw in of rond het centrum, maar de massieve stadsmuur die nu ontstaat, is een klap in je gezicht. Bij de Westerdoksdijk had het totaal anders gekund. Het Cuypersgenootschap heeft samen met het wijkcentrum Gouden Reael een financieel haalbaar plan voorgesteld met veel minder intensieve bebouwing, en behoud van monumentale panden. We hadden zelfs een projectontwikkelaar gevonden die bereid was het te bouwen. Echter de gemeente besloot anders. Zelfs het volgens iedereen rijksmonumentwaardige Koloniaal Etablissement, gebouwd in 1911/1912 door de architect Van Niftrik, moet voor de grootschalige plannen wijken.
Het Cuypersgenootschap houdt zich ook veel bezig met panden van mijn werkgever, de
Universiteit van Amsterdam (UvA). Dat weerhoudt me er toch niet van om intensief te
zoeken naar een oplossing voor de voormalige Diamantslijperij van de architect Van Straaten
op de Nieuwe Achtergracht, de oudst resterende diamantfabriek van Amsterdam. De Uva wil
dit gebouw slopen in het kader van haar bouwactiviteiten op het Roeterseiland. Daar staan
ook gebouwen van de architect Gawronski waar ik me zorgen om maak. En dan natuurlijk de
nieuwbouwplannen voor een bibliotheek op het voormalige Binnengasthuisterrein. De vraag is
of deze bibliotheek voor de gebruikers wel een grote vooruitgang is. Tegenover de voordelen
van centralisatie staan ook nadelen van schaalvergroting: juist de grote 'kleine kwaliteit' van de huidige decentrale bibliotheken van de UvA dreigt bij nieuwbouw absoluut te verdwijnen.
Gelukkig staat dit plan voorlopig in de ijskast.
Mijn ervaring is dat plannen waar onnodig monumenten voor gesloopt moeten worden, vaak ook slechte plannen zijn. Maar als je dat roept als monumentenzorger, dan geloven ze je bij
voorbaat niet.
Zouden er betere plannen ontwikkeld worden, als er beter overleg was tussen diverse partijen?
Ik weet niet of je het met praten oplost. Het gaat er vooral om hoe omgegaan wordt met
elkaars meningen. Veel van de plannen die problematisch zijn, zijn door een paar mensen
bedacht. Dat is ook wel de kracht van die plannen, omdat ze vaak een duidelijke en heldere
visie hebben. Maar er schuilt ook een groot gevaar in omdat de bedenkers niet naar de details
hebben gekeken, en alternatieven negeren. Een deel van het probleem is dat plannenmakers de
vakkennis van anderen niet aannemen. Dat zie je nu ook weer bij de Diamantslijperij. De UvA
beweert dat het niet zo'n belangrijk gebouw is, maar ik kan als architectuurhistoricus juist heel
duidelijk vertellen waarom het belangrijk is om het te behouden. Laat de deskundigheid spreken!
Zijn er positieve veranderingen te melden in de binnenstad?
Ja, dat vind ik wel. Er is niet alleen aandacht voor het beschermen van monumentwaardige en
interessante gebouwen, maar juist ook voor de inrichting van de openbare ruimte. Ook op
ambtelijk niveau gaat het beter. Je ziet dat het Bureau Monumentenzorg & Archeologie
(BMA) weer, in tegenstelling tot een aantal jaren geleden, weet wat er in de stad gebeurt en
waarop moet worden gelet.
Hoewel ik vind dat het stadsdeel-Centrum goed functioneert, moet zij wel aandacht hebben
voor de hele binnenstad. In de Welstandsnota zie je hoe het stadsdeel daarmee worstelt. De
binnenstad bestaat niet alleen uit zeventiende eeuwse gebouwen. Juist niet. Het stratenplan
dateert uit die tijd, maar het is een dynamische gebied wat altijd mee ontwikkeld is. Er moet
niet teveel gehamerd worden op het zeventiende eeuws-zijn van de Amsterdamse binnenstad.
Ook de vereniging Vrienden van de Amsterdamse Binnenstad (VVAB) maakt zich daar wel
eens schuldig aan. Gebouwen uit de eeuwen die daarna kwamen hebben een duidelijke plaats
gekregen in de binnenstad. Die moeten ook op hun waarde geschat worden, zoals
bijvoorbeeld het ABN Amrogebouw (gebouwd tussen 1969 en 1973) van de architect
Duintjer in de Vijzelstraat. Wat mij betreft blijft dit gebouw staan zoals het nu is. Ik zou het
vreemd vinden als het gebouw gestript wordt en dat er dan ineens een bakstenengevel te
voorschijn komt. Het is met aandacht ontworpen en er is door de architect geprobeerd om
het gebouw onderdeel te laten zijn van de binnenstad. Dit in tegenstelling tot zijn buurman,
het gebouw van de architect De Bazel waar sinds kort het Stadsarchief en ook het Bureau
Monumentenzorg & Archeologie in gevestigd zijn. Dat is, hoe mooi ook, een lomp bolwerk.
Zijn er ook gemiste kansen voor de binnenstad te noemen?
Die zijn er. Hoewel ik er geen voorstander van ben om gedempte grachten weer open te
graven, vind ik het wel een gemiste kans dat er na de bouw van de NZ-lijn geen water, geen
gracht komt op het Rokin. De structuur van de bebouwing is uit de tijd dat er wel water was.
De oostkant van het Rokin zal daarom nooit een goed stedelijk gebied worden. Het blijft een
'dooie boel', dat zie je nu al aan de plannen die ervoor gemaakt zijn. De toekomst voor dat
gebied is een soort tweede postzegelmarkt.
De bouw van de Haringpakkerstoren betreur ik ook. Ik zou daar als VVAB op tegen zijn, omdat de precedentwerking groot is. Als deze toren gebouwd mag worden, dan kunnen er ook op andere plekken in het grachtengebied waar vroeger iets gestaan heeft grotere volumes verrijzen, zoals op de brug over het Singel, naast het beeld van Multatuli. Daar kan dan ook bij wijze van spreken in een moderne uitvoering een toren gebouwd worden. Hiertegen kan dan geen 'neen' gezegd worden. De bestemmingsplannen in de binnenstad zijn conserverend en dit uitgangspunt wordt met de bouw van wat voor toren dan ook genegeerd omdat er een relatief groot bouwvolume bijkomt. Er moet één lijn worden getrokken en niet nu toestemming
gegeven, omdat de Haringpakkerstoren er zeventiende eeuws uitziet.
Waar wil je je de komende vijf jaar sterk voor maken?
Het restant van het hoofdpostkantoor op het Oosterdokseiland moet behouden blijven. Er is
geen functionele reden aanwezig om het te slopen. Het is een goed gedetailleerd en
zorgvuldig vormgegeven gebouw, dat ongetwijfeld veel subtieler is dan wat er voor in de
plaats gaat komen. Het tijdelijk gebruik van de afgelopen jaren heeft laten zien dat het
gebouw nog goed functioneert. Knap de binnenkant op en laat het gebouw zoals het is. Voor
het behoud wil ik me sterk maken. Misschien kan de deelraad-Centrum er haar kantoor
vestigen?
Verder denk ik dat er de komende jaren, op zowel landelijk als gemeentelijk niveau, een
recentralisatie in gang gezet moet worden voor de organisaties op het gebied van de
cultuurhistorie, de monumentenzorg en de archeologie. Het is duidelijk dat de decentralisatie
goed functioneert daar waar goede politici en ambtenaren zijn. Als die er niet zijn, zoals bij
een aantal stadsdelen in Amsterdam, dan is het beter dat de aansturing centraal gebeurt.
Addy Stoel
(Uit: Binnenstad 223/224, oktober 2007)
Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.
Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.
Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.