Amsterdamse gevelstenen

Matsebakkerij De Haan, Valkenburgerstraat 186

Gevelsteen De Haan, vóór restauratie (1972/'73) Gevelsteen De Haan, na restauratie

In april 2002 attendeerde de Vereniging Vrienden van de Amsterdamse Gevelstenen (VVAG) het Bureau Monumenten en Archeologie op de aanstaande sloop van de voormalige matsebakkerij De Haan in de Valkenburgerstraat 186. In de voorgevel bevond zich een gevelsteen met een parmantige haan in hoog reliëf, het handelsmerk van de bakkerij, en wij hoopten dat het bureau stappen zou ondernemen om dit reliëf te behouden, zodat het terug kon keren in de nieuwbouw. Monumenten en Archeologie liet weten dat het pand geen monument was en dat zij weinig konden doen.
De VVAG heeft toen zelf contact opgenomen met de projectontwikkelaar en de architect van het nieuwbouwproject en kon hen overtuigen van het joods-historische belang van deze gevelsteen. Ook een op ons verzoek geschreven brief van het Joods Historisch Museum heeft invloed gehad. Het plan was om, als de sloop eenmaal zover gevorderd was, de steen uit de gevel te halen en deze voorlopig op te slaan. Bij het uitnemen brak de ‘steen’ echter in een tiental stukken. Bij nader onderzoek door Jan Hilbers bleek dat het reliëf niet, zoals gebruikelijk bij gevelstenen, van zandsteen was, maar uit gebakken ceramisch materiaal, een soort chamotte, was gemaakt. De levendige, in hoog reliëf geboetseerde haan had als achtergrond een plaat van slechts 3 cm. dikte. Deze achterplaat was ooit met een harde cementlaag aan de baksteen van de gevel bevestigd.

Affiche van de voormalige matsefabriek De Haan

Daar we weten dat de broodfabriek – later matsebakkerij – De Haan sinds 1830 op het adres Valkenburgerstraat 186 was gevestigd, kunnen we aannemen dat het reliëf uit dat jaar dateert. In 2006 zal de haan, zorgvuldig door Jan Hilbers hersteld, een plaats krijgen in de hal of in de buitengevel van de nieuwbouw om de herinnering aan Joods Amsterdams levend houden.

Vermeldingen in stadsgidsen:
D’Ailly-Wijnman, Historische gids van Amsterdam (1974), pag. 223
M.H. Gans, De oude Amsterdamse jodenhoek nu (1975), pag. 84
Stoutenbeek/Vigeveno, Wandelingen door Joods Amsterdam (1985), pag. 52

Een Amsterdamse gevelsteen in Hardenberg

Tekening van de gevelsteen (KOG, Atlas Misset) De Toorenwagter, na restauratie

Op 21 mei 2005 kwam op het secretariaat van de VVAG een tip binnen over een gevelsteen in Hardenberg. Bij nadere informatie bleek het te gaan om een bijzondere Amsterdamse gevelsteen, die omstreeks 1917 wegens een verbouwing van de onderpui van het pand Keizersgracht 14 uit de gevel was genomen. Wat de vorm betreft is het een unieke gevelsteen die zich boven de rechter deur bevond van “een pakhuis genaamt de Toorenwagter, van onderen geappropieerd tot een woonhuis, staande en gelegen op de Keisersgraft aan de Westzijde, ’t achtste huis bezuijden de Brouwersgraft” (overdrachtsakte 16 juli 1699). In alle latere koopakten blijft de naam De Toorenwagter gehandhaafd. Een duidelijke afbeelding van het pakhuis komt voor in het Grachtenboek van Caspar Philipsz (1768-1771) en inderdaad is boven de rechterdeur, die toegang gaf tot de woning, een ornament getekend, waarin de gevelsteen te herkennen valt. In de bijbehorende beschrijving vermeldt Van Houten dat hier in 1619 al een pakhuis stond waarin de doopsgezinde Oude Vlamingen in 1632 bijeenkwamen. Na een verkoop in 1710 zal het pakhuis de vorm gekregen hebben die Caspar Philips toont en die het nu, afgezien van de veranderde onderpui, nog heeft.

Illustratie uit het Grachtenboek van Caspar Philipsz: van rechts naar links Keizersgracht 6 t/m 20

In hun boek De Uithangteekens (1868, deel II, pag. 161) noemen Van Lennep en Ter Gouw de steen en verklaren de voorstelling als de bijbelse Wachter op de toren, de Trompetter op Sion. Zij leggen een direct historisch verband met de hier in 1632 gevestigde doopsgezinde kerk. Jonkheer Suasso vermeldt het reliëf in zijn Schetsboek en noemt het een fraai marmeren bas-reliëf , ook de samenstellers van de Noord-Hollandsche Oudheden (1903, deel VI, pag. 43) schenken aandacht aan de fraaie achttiende-eeuwse gevelsteen.

Van de huidige eigenaar vernamen wij dat de Gemeente Amsterdam in 1917, bij de bovengenoemde verbouwing van de onderpui, zodanige eisen stelde in verband met de bouwvergunning, dat van herplaatsing is afgezien. De steen werd opgeslagen op de zolder van het buurpand en is later verhuisd naar Bussum en vervolgens naar Hardenberg, waar de Toorenwagter nu, fraai in kleur gezet, de buitenmuur van het woonhuis van de huidige eigenaar siert.

Onno Boers

(Uit: Binnenstad 216, april 2006)

Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.

Reacties

Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.

Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.