Geld voor gemeentelijke monumenten kwam tot nu toe voornamelijk uit het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (ISV) dat door het rijk werd verstrekt en dat door de centrale stad in diverse potjes werd gestopt. In 2004 kreeg Amsterdam nog 95 miljoen euro, in 2006 zal dat 45 miljoen euro zijn en het jaar daarna wordt het bedrag nog kleiner. Toen B en W discussieerden over de begroting voor 2006 werd besloten om “in de jaren 2007 en verder geen middelen ISV voor monumentenzorgprojecten van particuliere aanpak uit te trekken”. Wel blijft geld beschikbaar voor projecten die worden ontwikkeld door stadsdelen. Daarbij gaat het om projecten met een niet-woonbestemming die een algemeen belang vertegenwoordigen en bijdragen aan een positieve ontwikkeling van omgeving en buurt. In zo’n project kunnen ook gemeentelijke monumenten zitten. Voor initiatieven van particuliere eigenaren komt geen geld beschikbaar.
Zowel bij het stadsdeel-Centrum als bij het Bureau Monumenten en Archeologie wreef men
zich de ogen uit toen men deze tekst las. Dit kon toch niet waar zijn. Guido Frankfurther,
wethouder stadsdeel-Centrum voor o.a. monumenten schreef de fractievoorzitters uit de
gemeenteraad een brief waarin hij een klemmend beroep op hen deed om het stopzetten van
de subsidies ongedaan te maken. Hij wees erop dat het stadsdeel-Centrum door de maatregel
sterk wordt gedupeerd omdat hier verreweg de meeste particuliere woonhuismonumenten van
de gemeente Amsterdam te vinden zijn. “Daarnaast is het stadsdeel bezig om 1000 panden op
de gemeentelijke monumentenlijst te zetten, een initiatief van de centrale stad. Dit traject
loopt door tot medio 2007 en heeft inmiddels geresulteerd in ca. 450 plaatsingen.”
Saskia Bruines, lid van de gemeenteraad voor D66, diende bij B en W een motie in om de
beslissing ongedaan te maken. Zij voerde hiervoor aan dat het monumentale karakter van de
Amsterdamse binnenstad een belangrijke motor is achter het toerisme en de economie van de
gemeente Amsterdam in het algemeen en het stadsdeel-Centrum in het bijzonder. Ook wees
ze erop dat behoud en herstel van monumenten in de historische binnenstad geen kwestie is
van verfraaiing, maar blijvende impulsen nodig heeft om het karakter te beschermen en te
behouden.
Het antwoord van B en W was koeltjes: “Als een nieuwe gemeenteraad de regeling wil
veranderen dan staat het haar vrij om bij de bespreking van de ISV-begroting 2007 een andere
keuze te maken”.
Een schrale troost. Ook al zou die nieuwe gemeenteraad eind dit jaar de beslissing ongedaan
maken, dan zal het grootste deel van het ISV-geld voor 2007 al zijn uitgegeven en lost het
voor particuliere eigenaren van gemeentelijke monumenten voorlopig niets op.
Marleen Slooff, hoofd beleid en bescherming van het Bureau Monumenten en Archeologie:
“We waren nu net zo goed bezig. Het aantal gemeentelijke monumenten wordt uitgebreid en
dan krijg je dit. Ik vrees dat monumenten nu niet worden opgeknapt omdat de eigenaren het
geld niet hebben voor noodzakelijke verbeteringen. Particuliere eigenaren van gemeentelijke
monumenten hebben dan alleen de nadelen van het bezitten van een monument. Ze moeten
aan allerlei verplichtingen voldoen, maar steun bij het in goede staat houden van het
monument krijgen ze niet meer.”
Amsterdam telt 924 gemeentelijke monumenten waarvan ruim 600 in het centrum. Het totale
aantal zal nog met ongeveer 400 zijn uitgebreid als de plaatsing van 1000 nieuwe
monumenten in het voorjaar van 2007 is voltooid.
Tussen 1993 en 2005 zijn 129 gemeentelijke monumentenpanden en 109 beeldbepalende
panden gerestaureerd. De totale investering bedroeg 474 miljoen euro. De gemiddelde
investering bedroeg 250.6769 euro, de gemiddelde subsidie 53.419 euro. Voor 2006 komt uit
de ISV-pot een miljoen euro beschikbaar voor gemeentelijke monumenten, er was drie
miljoen euro gevraagd. Het aantal verzoeken om subsidie omvat meer geld dan nu
beschikbaar is. Monumentenzorg moet dus schrappen in de aanvragen.
De vrees dat particulieren door het wegvallen van subsidie minder aan het onderhoud van hun
gemeentelijke monument kunnen doen is reëel. De achteruitgang in kwaliteit is te voorkomen
wanneer het rijk de onderhoudskosten voor dit soort monumenten weer aftrekbaar voor de
belastingen zou maken. Een dergelijke regeling bestaat al voor rijksmonumenten. Een aantal
organisaties, waaronder vakbonden, hebben de Tweede Kamer gevraagd deze maatregel te
nemen.
Marleen Slooff: “Het zou een stuk schelen als dit zou gebeuren”.
Frans Heddema
Sinds kort kunnen eigenaren van gemeentelijke monumenten en beeldbepalende panden in
aanmerking komen voor een goedkope hypotheek: de Cultuurfondshypotheek. Dit is een
lening met een rente van 1,5 % die verstrekt wordt door het Nationale Restauratiefonds. Met
een dergelijke lening kan een restauratie worden bekostigd. Het NRF is een particuliere
stichting zonder winstoogmerk en is opgericht om restauraties financieel te ondersteunen.
Meer informatie: www.restauratiefonds.nl.
(Uit: Binnenstad 215, februari 2006)
Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.
Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.
Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.