Oude Kerk: pure schoonheid en een Levend Museum

Herbert van Hasselt, de directeur van Stichting De Oude Kerk
Op een zonnige woensdag bezoek ik Herbert van Hasselt, de directeur van Stichting De Oude Kerk te Amsterdam. Veel vragen hoeven hem niet gesteld te worden, vol enthousiasme vertelt hij over ‘zijn’ kerk en de activiteiten die ontplooid worden om er voor te zorgen dat de Oude Kerk nog eeuwenlang bezocht en bekeken kan worden.

Voordat we over de activiteiten praten die Stichting De Oude Kerk onderneemt om de kerk in stand te houden, haar eerste taak, lopen we een rondje om de kerk. “Als mensen maar een uurtje of twee hebben, en ik leid hen rond, dan loop ik altijd eerst naar buiten en ga met hen op de brug staan. Ik nodig ze uit naar de gevel te kijken. Je ziet dan al de verschillende bouwstijlen, wel tien, en die prachtige door weer en wind afgesleten moppen. Alle materialen lijken in de kerk verwerkt te zijn. In De Oude Kerk te Amsterdam; bouwgeschiedenis en restauratie van architect en bouwhistoricus Herman Janse is het allemaal te lezen. Het is pure schoonheid die je ziet. De Oude Kerk, waarvan de bouw rond het midden van de 13de eeuw begon, is echter altijd een beetje de ‘onzichtbare’ kerk in de stad geweest. Daarom is zij nog zo mooi en authentiek. De meest onaangetaste kerk van Amsterdam is door vijftien generaties van ambachtslieden gebouwd. Ik denk dat we nog veel van onze Zuid-Europese buren kunnen leren, zij verstaan de levenskunst echt te genieten van dit soort gebouwen. Vorig jaar hadden we 103.000 bezoekers, tachtig procent hiervan kwam uit het buitenland. Jammer, dat maar zo weinig Amsterdammers naar de Oude Kerk komen.”
Evenals vroeger worden de kleine huisjes rondom de kerk ook tegenwoordig intensief gebruikt. In de gebouwtjes wordt gewoond en gewerkt. Er zitten onder andere meerdere particuliere bewoners, twee impresario’s, een vormgever en een fotografe. Hoewel de toren met het carillon, evenals vele andere torens in Amsterdam, van oudsher eigendom van de gemeente is, is Van Hasselt blij dat hij naast de kerk staat, mede omdat volgens kenners het carillon van de Oude Kerk een van de mooiste in de wereld is.
“Het carillon staat dan ook in alle reisgidsen vermeld. Van heinde en verre komen mensen luisteren. Helaas wordt er tegenwoordig, sinds de Oude Kerk geen eigen beiaardier meer heeft, op zaterdagen om vier uur ’s middags maar een half uur gespeeld in plaats van een vol uur. Ik hoop dat we snel weer een eigen beiaardier krijgen.”
Voordat we de kerk binnen gaan, wijst Van Hasselt nog op het oudste wapenteken van Amsterdam dat vlakbij de ingang aangebracht is.

In de kerk

De vroegere dodenpoort is de huidige museumtoegang naar de kerk. Het toegangsloket staat boven de oude knekelput. Van Hasselt: “Naast preken, dopen en trouwen was begraven een van de belangrijkste activiteiten van de Oude Kerk. Meer dan tienduizend mensen zijn hier begraven onder wie Jan Pietersz. Sweelinck, componist, stadsorganist en de ‘Orpheus van Amsterdam’, en Saskia van Uylenburgh, de vrouw van Rembrandt. Alle grafgegevens werden opgetekend in grafboeken. Veel graven zijn nu, dankzij de noeste arbeid van wijlen Bé Bijtelaar en thans Gerda den Boggende, virtueel te bezoeken. Een uiterst boeiend project dat steeds weer nieuwe gegevens oplevert, zoals het gebruik van het ‘Dompelen van de Lijcken’, een begrafenis na zonsondergang. Op de site is ook een overzicht van de zerkenvloer te zien en details van afbeeldingen op de zerken. Al meer dan 40.000 mensen uit binnen- en buitenland hebben het virtuele museum bezocht. Ook de virtuele tentoonstelling met een aantal bekende Amsterdammers trekt veel belangstelling. De database is nog niet compleet. Daarom vragen wij bezoekers van de website of zij ons informatie ter beschikking willen stellen als zij familie hebben die in de Oude Kerk begraven is.”

Steeds weer is Herbert van Hasselt verrast over de sfeer die de zon en het licht aan de kerk geven. “Het licht vormt een soort rode draad in de kerk. Door de seizoenen heen is de kerk ieder moment van de dag anders. Het ene moment straalt het licht over de pilaren die allemaal nog in originele staat zijn, het andere moment wordt je getroffen door de schoonheid van het grootste middeleeuwse plafond in Europa. Je merkt iedere keer weer dat ook bezoekers het zo ervaren, evenals de organisten die veelvuldig op de twee wereldberoemde orgels spelen. Zij weten dat de grote leermeester Sweelinck hun voorganger was, en bij hun spel speelt het licht zeker ook een rol, het geeft een extra dimensie.”

Levend Museum

Naast al deze schoonheid is er ook de realiteit. De realiteit om het Europese monument in stand te houden. Van Hasselt, afkomstig uit de financiële wereld, weet wat hem te doen staat. “Belangrijk is dat het gebouw niet verder mag verpieteren. De stichting heeft vele miljoenen in het gebouw gestopt, maar er waren geen mogelijkheden om een buffer te creëren. Mijn taak is ervoor te zorgen dat er extra kapitaal komt voor goede en voor slechte dagen. We moeten een exploitatiefonds opbouwen dat ten goede komt aan het Levend Museum. Als het geld zorgvuldig belegd wordt, dan kan dat een vaste inkomstenstroom opleveren die ‘gedwongen’ verhuur zal kunnen vervangen. Sommige tentoonstellingen belasten het gebouw, vooral als er voor de inrichting hoogwerkers ingezet moeten worden. Muziekuitvoeringen, trouwen, wetenschappelijke congressen en dergelijke zijn natuurlijk prima. Dat zijn activiteiten die inspireren. Maar eigenlijk zou de Oude Kerk altijd ‘leeg’ moeten zijn, net als bijvoorbeeld de Sainte Chapelle in Parijs of een boeddhistische tempel. Daar worden geen tentoonstellingen georganiseerd. De Oude Kerk is eigenlijk zelf al een tentoonstelling en de bijzondere ijlheid, die leegte, prikkelt de verbeeldingskracht. Men leze het gesprek tussen Franz en Sabina nog maar eens na in De ondragelijke lichtheid van het bestaan van Milan Kundera, tijdens hun bezoek aan de Oude Kerk in 1983.”

De stichting De Oude Kerk, opgericht op 25 mei 1955 met het doel de Oude Kerk in stand te houden, heeft al veel werk verricht. Toen de stichting het gebouw symbolisch voor 1 gulden van de Hervormde Gemeente kocht, verkeerde de Oude Kerk in zeer slechte staat, het dak stond op instorten, veel ruiten waren kapot en overal zag je schimmel. In 1979 was de grote restauratie klaar. Tussen 1994 en 1998 zijn de gebrandschilderde glas-in-loodramen, waarvan het oudste teruggaat tot 1550, voorzien van voorzetramen van gehard glas. Deze ramen bieden niet alleen bescherming tegen vandalisme en weersinvloeden, maar hebben ook een groot effect op de vochthuishouding in de kerk zelf. Nu moeten er nog een aantal kleine restauraties uitgevoerd worden. Van Hasselt: ‘Zo moet de sacristie aangepakt worden. De sacristie bestaat uit drie vertrekken: de Spiegelkamer uit de 18de eeuw, de Toogkamer uit de 17de eeuw en de keuken uit de 16de eeuw. De totale kosten beramen we op ongeveer 85.000 euro. Zeventig procent daarvan hebben we binnen. Nu de rest nog. We willen in alle drie de vertrekken de pure vorm van die tijd terugbrengen. Overigens zijn we niet bang voor hedendaagse invullingen. Zo willen we kunstenaars opdracht geven om in de Toogkamer tekeningen of schilderingen aan te brengen van mensen die hier begraven zijn. Een soort salonachtige wisselsituatie, zodat je het verhaal van die mensen weer kunt vertellen.”

Tuin

Stichting De Oude Kerk is met veel meer projecten bezig om het Levend Museum gestalte te geven. Zo wordt juist op dit moment de sacristietuin opnieuw aangelegd.
“Het is de oudste grachtentuin van Amsterdam”, vertelt Van Hasselt. “Er komen weer planten en struiken in terug die ook in vorige eeuwen geplant werden. Zelfs uit de 15de en 16de eeuw. Als je in de tuin staat, zie je alle eeuwen om je heen; in de tuin zelf en in de omringende gebouwtjes, de 16de-eeuwse keuken, de 17de-eeuwse Toogkamer en de 18de-eeuwse Spiegelkamer, waar Rembrandt zijn huwelijk heeft aangetekend en waar je nu ook weer kan trouwen.”

Een ander project waar de stichting in samenwerking met het Rijksmuseum mee bezig is, is het op schaal laten nabouwen van het admiraalsschip de ‘Aeolus’. Dit gebeurt op Texel door een oude zeeman. Op dit schip, de ‘Bewaker van de winden’, kwam admiraal Jacob van Heemskerck om in 1607, maar tegelijkertijd won hij de Slag bij Gibraltar en dwong hij de Spanjaarden tot het Twaalfjarig Bestand. Van Heemskerck ligt in de Oude Kerk begraven. Van Hasselt: “In de kerk zijn ook vele afbeeldingen van koggeschepen terug te vinden, in de ramen, in het plafond en natuurlijk in het wapen van Amsterdam, dat bovenop het grote in 1724 gebouwde Vater-Müller-orgel aangebracht is. Ooit hing er in de Buitenlandvaarderskapel een zilveren votiefschip. Helaas is dit tijdens de Beeldenstorm in augustus 1566 verdwenen. Wij willen de votiefschepen weer op een eigentijdse manier terugbrengen, laten zien waarvoor ze bedoeld waren en tonen dat de Oude Kerk de ‘Havenkerk van de stad’ is. Vooral dus ook een educatief doel. Zo willen we jongeren, maar eigenlijk iedereen, weer in contact brengen met de (kunst)geschiedenis.

Stichting

Om er voor te zorgen dat ook de Amsterdammers weer meer de Oude Kerk bezoeken is in 2004 de stichting Vrienden van de Oude Kerk opgericht. Herbert van Hasselt hoopt dat vele Amsterdammers ‘vriend’ zullen worden. “Deze stichting hebben we opgericht om een bijdrage te leveren aan het maatschappelijk draagvlak voor het behoud van de Oude Kerk. Vrienden kunnen door het geven van financiële steun bijdragen aan het behoud. Natuurlijk krijgen ze ook veel terug. Op onze website is dat allemaal te lezen. Maar het allerbelangrijkste is misschien wel om de ‘vrienden’ te kunnen laten genieten van de stilte, de sfeer en de schitterende akoestiek van het gebouw. Of van het Zonne-ontbijt dat ieder jaar op 9 maart geserveerd wordt ter gelegenheid van de zonnestraal die precies om 8.39 uur op het graf van Saskia, de vrouw van Rembrandt, straalt.”

50-jarig jubileum

Op 25 mei van dit jaar bestond de stichting de Oude Kerk 50 jaar. Uitgebreid werd dit niet gevierd, omdat het werk wacht. Van Hasselt: “Het is een ingewikkelde klus om een oud monument in Amsterdam in stand te houden. Voor het bestuur van de stichting is het ‘liefdewerk, oud papier’. Wij moeten iedereen erbij betrekken. Zoals ook de gemeente Amsterdam. Het is onze taak om politici, ambtenaren, en alle burgers te laten zien dat de Oude Kerk van belang is voor de stad, er toe doet… niet alleen voor kerkgangers, maar ook voor een breed cultuurzoekend publiek en voor toeristen.”
Toch organiseert de stichting iets feestelijks. Dat gebeurt op zaterdag 16 september 2006 met een forum, waar sprekers met elkaar en met het publiek in debat gaan; een ‘gesprek met de Amsterdammers’. “Het debat gaat niet over het fysieke gebouw, maar over de tijd, de ruimte en over de geschiedenis en de toekomst. Een gesprek dat boven de Oude Kerk uitstijgt.” De datum is bewust gekozen. Het is dan 700 jaar geleden dat de Bisschop van Utrecht één dag voor Sint Lambertusdag, 17 september 1306, naar Amsterdam kwam om de Oude Kerk in te wijden.

De toekomst

Herbert van Hasselt hoeft over de vraag wat de toekomst van de Oude Kerk is niet lang na te denken. Hij wil de deur van de kerk zeven dagen van de week open houden, zodat iedereen kan genieten van de rust en de pure schoonheid van het gebouw. De kerkdiensten op zondag blijven natuurlijk en ook de doordeweekse culturele activiteiten. De kerk moet weer, net als vroeger, de ‘Huiskamer van Amsterdam’ worden, een ontmoetingsplaats, waar men van gedachten kan wisselen of luisteren naar het orgelspel. Het ‘cultuurcentrum’, dat de Oude Kerk nu is geworden, heeft wel een extra financiële buffer nodig, een exploitatiefonds ter ondersteuning van het Levend Museum. Dat is een mooie taak voor het ‘Nieuwe Cultuurmecenaat’. Voor iedereen moet de vroegste culturele geschiedenis van de Oude Kerk en dus ook van Amsterdam voelbaar, zichtbaar en toegankelijk zijn. Een Levend Museum in hartje stad, waar de fantasie wordt geprikkeld.

Addy Stoel

H. Janse, De Oude Kerk te Amsterdam; bouwgeschiedenis en restauratie, Zwolle/Zeist 2004, € 49,95.
www.oudekerk.nl; www.gravenopinternet.nl; www.sweelinckorgancompetition.com

(Uit: Binnenstad 212, juli 2005)

Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.

Reacties

Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.

Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.